
“Na de Tweede Kamerverkiezingen van 2017 schreef ik op deze plaats dat de verkiezingswinst van het CDA ons mogelijk eerder iets kon leren over de aanhoudende vitaliteit van politieke tradities dan over ‘verrechtsing’. Zeker sinds het vertrek van Buma, is het beeld van de partij er inderdaad eerder een van het zoeken van ‘een nieuwe gemeenschappelijkheid’, zoals het discussiestuk Zij aan zij. Toekomstperspectief voor Nederland anno 2030 (2019) het uitdrukt.
De ontstane discussie over mogelijke samenwerking met Forum voor Democratie (FVD) in Brabant lijkt dit beeld wat te vertroebelen. Is de geest van 2010, toen de vraag of moest worden ingestemd met de vorming van een minderheidskabinet met gedoogsteun van de PVV de partij bijna deed scheuren, opnieuw vaardig geworden over het CDA?
Nu verscheen er afgelopen jaar juist een politicologische studie, getiteld What is Christian Democracy?. Toch luidt de stelling van deze bijdrage dat de discussie over samenwerking met de FVD niet naar een dergelijk existentieel niveau hoeft te worden getild.”
Lees de hele bijdrage, die vandaag verscheen in De Hofvijver, Jaargang 10, nummer 105, van het Montesquieu Instituut hier.